Cart

0 Products Total € 0,00 Go to cart
Close

Articles

Verslag Marie-Christine (2)

Inleiding
Achter het land met een overweldigende natuurschoonheid en haar gastvrije bevolking, ging afgelopen decennia een gewelddadig conflict tussen maoïsten en regering schuil. Eindelijk hebben de regering en maoïsten in 2006 een vredesakkoord bereikt met als resultaat dat de maoïsten sinds 2007 deel uitmaken van de regering van nationale eenheid. De burgeroorlog heeft niet alleen het leven van 12.000 Nepalezen gekost, maar heeft ook duizenden vermisten, ontheemden en vluchtelingen tot gevolg. Nu de sinds 1996 door maoïsten gevoerde ‘people’s war’ achter de rug is, wordt het tijd om de balans op te maken van de mensenrechtensituatie in Nepal. Hoe is het gesteld met de mensenrechtensituatie van het land wat zich graag het Zwitserland van Azië laat noemen?

Achtergrond
Sinds 1990 is Nepal een rechtstaat en democratie. Tot die tijd werd het land geleid door het Panchayat systeem, waarbij partijloze raden (lees de Koning) de macht hadden. Na een eerder kort democratisch uitstapje had de toenmalige koning Mahendra in 1959 besloten dat een dergelijk raden systeem beter bij het Hindoe koninkrijk paste. De macht lag vrijwel volledig bij de koning, die de premier en de ministers en een groot deel van de Panchayat zelf aanwees. De alleenheerschappij leidde tot verzet en in de loop van de jaren werden steeds meer politieke partijen opgericht en werden deze partijen steeds machtiger. In de jaren ‘70 kwam er een verlichting van het Panchayat systeem met meer politieke rechten, maar onderhuids bleven de koning en zijn leger de machtigsten. Met harde hand werden politieke opposanten gearresteerd, gedetineerd en gemarteld. Na een historische volksopstand (Jana Andolan) werd in 1990 het huidige bestel opgericht met een meerpartijen stelsel. De volksopstand van 1990 kent parallellen met de opstand van 2006, ook toen werd er lange tijd gedemonstreerd in de steden van Nepal met als uiteindelijk resultaat het buigen van de koning.
Nepal is sinds 1990 partij geworden bij de meeste internationale mensenrechten verdragen, zoals het internationale verdrag voor Burger en Politieke rechten, het verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele rechten, het verdrag ter uitbanning van alle Rassendiscriminatie, het verdrag aangaande de Eliminatie van alle vormen van Discriminatie tegen Vrouwen, het verdrag voor de rechten van het kind en het Anti Folter verdrag. In een ideale situatie zou dit betekenen dat alle burgers van Nepal bij de overheid kunnen aankloppen als hun rechten zoals neergelegd in de verdragen geschonden worden. Enerzijds om de overheid aan te spreken op haar gedrag, anderzijds om bescherming te vragen tegen medeburgers die een inbreuk maken op de rechten. De praktijk is echter weerbarstiger. Ondanks het invoeren van een parlementaire democratie en het meerpartijen stelsel, is er in Nepal geen sprake van een samenleving waar alle burgers gelijk zijn en op gelijke wijze hun mensenrechten worden erkend en gerespecteerd. Naast de Jana Yuddha (People’s war) in 1996 uitgeroepen door maoïsten, zijn er ook andere oorzaken aan te wijzen voor het feit dat het slecht gesteld is met de mensenrechten in Nepal.

Rassen/kasten discriminatie
Ondanks de ratificatie van het verdrag ter uitbanning van de rassendiscriminatie, kent Nepal een geïnstitutionaliseerde rassendiscriminatie. De grondwet verbiedt weliswaar discriminatie op grond van kaste, maar vooral buiten de grote steden worden lagere kasten en etnische minderheden nog steeds benadeeld, geëxploiteerd en achtergesteld. Zelfs de overheid maakt zich schuldig aan discriminatie en onderdrukking van de lagere kasten en minderheidsgroepen. Een onevenredig groot deel van de overheidsambtenaren is afkomstig uit de hogere kasten. Sommige van de “less favourables” kunnen ongestraft als lijfeigenen worden gebruikt. De lagere kasten zijn uitgesloten van bepaalde beroepen of zelfs het betreden van bepaalde tempels en zij liepen in het algemeen meer gevaar om als Maoïst gezien te worden. Gelukkig heeft het nieuwe huis van afgevaardigden in juni 2006 Nepal als vrij van discriminatie en onaanraakbaren verklaard en is aangekondigd dat de overheid meer maatregelen zal nemen om deze vormen van discriminatie te bestrijden.

Rechten van vrouwen en kinderen
In de patriarchale Nepalese samenleving bevinden vrouwen zich vaak in een ondergeschikte en daardoor kwetsbare positie. Vrouwen zijn nauwelijks vertegenwoordigd in overheidsfuncties. De discriminatie van vrouwen is geïnstitutionaliseerd, in meer dan vijftig wetten worden vrouwen anders behandeld dan mannen. Pas in 2006 zijn door het hooggerechtshof enkele van de meest vreemde wetten afgeschaft. Zo zijn vrouwen niet langer wettelijk verplicht om zich tijdens hun menstruatie vier dagen af te zonderen bijvoorbeeld in een koeienstal en kunnen vrouwen voortaan eigendom verwerven. Desalniettemin blijven vrouwen en meisjes kwetsbaar. Huiselijk geweld komt veel voor en -gedwongen door grote armoede- vallen veel vrouwen en meisjes in handen van mensenhandelaren. Een groot aantal Nepalese meisjes verdwijnen daardoor in de Indiase seksindustrie.
Het recht op onderwijs is geen gegarandeerd goed voor Nepalese kinderen. Tijdens de people’s movement zijn vele scholen gesloten en zijn leerkrachten en leerlingen bedreigd en mishandeld. Vooral in de arme, rurale gebieden worden kinderen al op jonge leeftijd ingezet als arbeidskracht. Ondanks dat kinderen onder de veertien volgens de wet niet mogen werken, worden een paar miljoen jonge kinderen toch ingezet voor het sjouwen van stenen, potten bakken, dieren verzorgen, huishoudelijk werk, tapijt weven en vele andere beroepen. Het ratificeren van het verdrag voor de rechten van het kind, heeft hier nauwelijks verandering ingebracht. Wel zijn er steeds meer non-gouvermentele organisaties die zich inzetten voor kinderrechten.

Foltering, detentie en verdwijning
Zowel het regeringsleger, de gewapende (oproer) en gewone politie, als de maoïsten hebben zich veelvuldig schuldig gemaakt aan schendingen van de conventies van Genève. Het Nepalese leger staat bekend om zijn hardhandigheid en gedurende de people’s movement zijn duizenden mensen zonder gerechtelijk bevel gearresteerd en gedetineerd. De speciale Anti Terroristen wet (TADO) maakte het mogelijk om zonder enig toezicht door een onafhankelijke rechter mensen op te pakken en voor langere tijd te detineren. Manfred Nowak, onderzoeker en special rapporteur van de Verenigde Naties schetste in 2006 nog een somber beeld van de handelswijze van zowel het leger als de maoïsten. Mishandeling en marteling van gevangenen werd openlijk toegegeven door hoge functionarissen. Gevangenissen zijn overvol en gevangenen verblijven in erbarmelijke omstandigheden. Niet alleen tegen vermeende maoïsten trad het leger en de politie hard op, maar ook vreedzame demonstranten, mensenrechtenactivisten en anders denkenden werden slachtoffer. In 2005 en 2006 heeft de politie diverse malen homoseksuelen en transseksuelen opgepakt enkel en alleen omdat zij zichtbaar in de wijk Thamel over straat liepen.
Nepal heeft het grootste aantal “onvrijwillige” verdwijningen ter wereld. Over het hele land zijn mensen verdwenen, nadat ze voor het laatst gezien waren in handen van de politie of veiligheidstroepen. Ze doken soms op in illegale gevangenissen en centra waar ze niet kunnen worden bezocht door familie en advocaten. Van veel mensen is nooit meer iets vernomen. Tussen 2000 en 2007 zijn er 2028 gevallen van verdwijning gemeld bij de Nepalese mensenrechtencommissie.

Maoïsten en mensenrechtenschendingen
Ondanks het feit de Maoïsten geen staatsrechterlijke eenheid vormen en zich dus niet kunnen verbinden aan de bovengenoemde verdragen, zijn ze wel gebonden aan de gewoonterechterlijke regels zoals neergelegd in de conventies van Genève. Hierin is onder andere bepaald dat er een absoluut verbod op foltering is, dat krijgsgevangenen goed behandeld dienen te worden en dat burgers en strijders ‘hors de combat’ (die zich hebben overgeven) beschermd moeten worden. Gedurende de People’s war zijn ongeveer 12000 doden gevallen, deels door het overheidshandelen en deels door de daden van de Maoïsten. Mensen die weigerden zich aan te sluiten bij de Maoïsten, of die weigerden de “vrijwillige” bijdrage te betalen werden mishandeld, ontvoerd of om het leven gebracht. De afpersing, intimidatie en geweldtoepassing waren aan de orde van de dag en gaan ook nu nog in mindere mate door. Zo werd en wordt het humanitaire oorlogsrecht geschonden, maar is er tot op heden nog geen enkele dader berecht of zelfs maar aangeklaagd.

Stap in de goede richting
Ondanks alle vormen van mensenrechtenschendingen zijn er gelukkig ook positieve ontwikkelingen gaande. Het conflict is officieel geëindigd, de maoïsten maken deel uit van de regering, de macht van de koning is ingeperkt en de algemene veiligheid is toegenomen. De nieuwe regering heeft aangegeven zich sterk te willen maken voor een meer egalitaire samenleving en een eind maken aan de geïnstitutionaliseerde discriminatie.

Mensenrechten organisaties
Het feit dat er sinds enkele jaren een Nationale Mensenrechten Commissie in het leven is geroepen die de overheid confronteert met het overheidshandelen dat haaks staat op de eerbiediging van de mensenrechten, is een stap voorwaarts. Burgers kunnen bij de commissie klachten indienen. De commissie kan ook op eigen initiatief onderzoek verrichten naar vermeende mensenrechtenschendingen, gepleegd door overheid maar ook door andere groeperingen. Naast het doen van onderzoek naar schendingen, geeft de commissie voorlichting en kan zij de regering adviseren op het gebied van mensenrechten. De commissie stond lange tijd onder druk, omdat de onafhankelijkheid van enkele door de Koning benoemde commissieleden in twijfel werd getrokken. Na het terugtreden van de koning, zijn ook de commissieleden afgetreden en de commissie is zich op dit moment bezig te herorganiseren.
Nepal heeft ook diverse onafhankelijke mensenrechtenorganisaties, zoals INSEC, HURON en Inhured. Ook deze doen eigen onderzoek naar mensenrechtenschendingen, geven voorlichting en houden in het algemeen een scherp oog op de overheid. Langzamerhand ontstaat er een beter klimaat voor mensenrechten en begint Nepal inderdaad meer en meer op Zwitserland te lijken.